Diagnose en behandeling

De diagnose

De diagnose van sepsis kan soms lastig zijn omdat niet bij iedereen dezelfde symptomen of klachten optreden; soms zijn bepaalde symptomen afwezig, zoals koorts bij oudere patiënten.

 

Er wordt tegenwoordig door onderzoekers naarstig gezocht naar zogenaamde ‘biomarkers’, dit zijn stoffen in het bloed die kunnen wijzen op een (mogelijke) sepsis of die laten zien of er sprake is van een bacteriële of een virusinfectie. Dé biomarker die snel en 100% betrouwbaar laat zien of de patiënt een sepsis ontwikkelt, bestaat helaas nog niet. Een stof die een aanwijzing kan geven is CRP. Dit is dus niet hetzelfde als een diagnose.

 

De huisarts kan het CRP bepalen via een druppel bloed. Het CRP-gehalte zegt iets over de mate van ontsteking in het lichaam, dus óf en hoe erg de immuun reactie is ontspoord. De uitslag is met een paar minuten bekend. Deze test kan gebruikt worden ter aanvulling op het algehele onderzoek en de klachten van de patiënt en is geen vervanging daarvan. Het CRP-gehalte zegt dus zeker niet alles. Een enkele keer kan het voorkomen dat het CRP nog laag is terwijl de patiënt toch al een sepsis aan het ontwikkelen is.

 

Het zal dus gaan om het héle ‘plaatje’: de klachten, het heel goed luisteren naar de patiënt, de voorgeschiedenis van de patiënt, aangevuld met nader lichamelijk onderzoek, controles en de klinische blik van de arts.

De arts zal de controles doen van bloeddruk, hartslag, ademhaling en temperatuur.

Verder zal de arts nagaan welke klachten er zijn die kunnen wijzen op een infectie zoals pijn bij het plassen, andere soorten pijn, hoesten, huiduitslag, etc.

 

Altijd geldt

Heb je een heel heftig ‘griepgevoel’ en/of een vermoeden van infectie en is er sprake van:

  • Snelle achteruitgang
  • Je doodziek voelen
  • Een nieuw symptoom t.o.v. wat je gewend bent
  • Een niet-pluisgevoel

Vraag dan aan de arts: ‘Zou het sepsis kunnen zijn?’

De behandeling

Op de Spoedeisende hulp of op de gewone afdeling (als de patiënt daar een sepsis ontwikkelt) worden bij koorts boven de 38,5 in de regel 2 bloedkweken afgenomen. Verder wordt er algemeen onderzoek gedaan. Daarop volgen aanvullende onderzoeken om de infectiebron op te sporen, zoals een urinekweek, longfoto’s, enzovoorts. Verder wordt er gekeken naar de voorgeschiedenis van de patiënt. Belangrijk is dat het ‘niet pluis gevoel’ van de patiënt of de naaste ook wordt meegenomen.


Bij een eventuele verdenking op sepsis wordt, na afname van de bloedkweken, alvast gestart met breed spectrum antibiotica, toediening van vocht, eventueel zuurstof en -afhankelijk van de toestand van de patiënt- het inbrengen van een katheter of extra infuus. Als de situatie van de patiënt daar om vraagt, wordt de patiënt direct op de Intensive Care opgenomen.


Op de verpleegafdelingen wordt vaak gewerkt met de NEWS of MEWS score, dit zijn scores die de ‘vroege signalen’ in kaart brengen van de ‘vitaal bedreigde patiënt’ Hierbij wordt gekeken naar de levensfuncties van de patiënt. Zoals bloeddruk, hartslag en ademhaling, maar ook pijn, bewustzijn, en zuurstofgehalte.

Op de afbeelding is te zien hoe een patiënt met septische shock behandeld en gemonitord wordt.

De belangrijkste onderdelen van de behandeling zijn:

  • Bloedkweken bij temperatuur boven de 38,5 C
  • Vochttoediening via infuus
  • Breedspectrum antibiotica
  • Bloedonderzoek (onder andere lactaat)
  • Het bijhouden van de urineproductie via een katheter)
  • Indien nodig zuurstoftoediening via de neus of een masker


Op de Intensive Care afdeling 

Wanneer de patiënt naar de Intensive Care toe gaat komt daar mogelijk bij:

  • beademing of ECMO (Beademing met een masker of via een beademingsbuis in de keel. Als de longen zó ernstig ziek zijn dat beademing onvoldoende helpt wordt de patiënt in enkele gevallen aan de hartlongmachine gelegd = ECMO)
  • nierfunctievervangende therapie door dialyse apparaat
  • voeding via een infuus of sonde
  • bloeddruk-verhogende medicijnen en mogelijk andere medicatie

Soms is het nodig om via operatie de bron van de infectie aan te pakken. Het kan ook zijn dat er een drain ingebracht moet worden.


De behandeling bij Septische shock

Bij septische shock wordt antibiotica zo snel mogelijk toegediend. Ook wordt de shock met veel extra vocht en medicatie behandeld om de bloedsomloop en daarmee de zuurstoftoevoer naar de organen en weefsel te verbeteren.

Tijdens een groot congres (ISICEM) in Brussel in 2025 werd benadrukt dat het niet verstandig is om antibiotica te snel te geven als de diagnose sepsis nog niet duidelijk is, zeker bij lichtere patiënten zonder tekenen van orgaanfalen of shock. In die gevallen is terughoudendheid geboden, juist vanwege het risico op onnodig gebruik van antibiotica en het bevorderen van resistentieontwikkeling (= het ongevoelig worden van bijv. bacteriën voor antibiotica).


Dat de organen tijdens de acute fase meer of minder ernstig verstoord kunnen raken kan zich ook uiten in een ‘delirium’ dit is een toestand van verwardheid die acuut ontstaat door lichamelijke oorzaak, in dit geval de sepsis.

 

Zie voor meer achtergrondinformatie ook de Nederlandse Sepsis Richtlijn

Wat beïnvloedt het vooruitzicht?

Hierbij spelen veel dingen mee. Het verloop van sepsis bij de ene patiënt kan heel anders zijn dan bij de andere; soms ben je al dagen ziek met hoge koorts en komt er dan pas erge kortademigheid en/of pijn bij. Dit kán wat meer tijd geven om aan de bel te trekken en tijdig de behandeling te starten. Maar soms wordt iemand binnen een paar uur heel erg ziek en gaat het heel snel achteruit. Dit kan bij kinderen en jonge mensen eerder het geval zijn. Daarom is het herkennen van de signalen die mogelijk op sepsis kunnen wijzen zo belangrijk.

 

Maar het hangt er ook vanaf of iemand een chronische ziekte heeft of bepaalde medicatie gebruikt waardoor de afweer tegen infecties minder goed is. Ook een operatie, een infuus of katheter kunnen zorgen dat een bacterie of virus eerder de kans krijgt om zich te verspreiden met een risico op sepsis.

Daarnaast hangt het ook af van het soort ziekteverwekker; sommige bacteriën zijn agressiever, zoals bijvoorbeeld de ‘groep A-streptokok-bacterie’ (die ook wel de ‘vleesetende bacterie’ wordt genoemd). Andere bacteriën dragen we als mens van nature bij ons (bijv. in de neus/keelholte) maar kunnen bij een verlaagde weerstand soms toch voor ziekte zorgen.

 

Bij op tijd ingrijpen is sepsis vaak goed te behandelen. Zie bij Diagnose en behandeling

Zeker bij een septische shock wordt in het algemeen aangehouden dat de behandeling binnen 1 uur na het stellen van de diagnose moet worden gestart.

 

Ondanks tijdig starten met de behandeling is er een klein deel van de patiënten dat zieker wordt. Dit kan komen door bijvoorbeeld onvoldoende reactie van de patiënt op de behandeling of  door een resistente bacterie (d.w.z. een bacterie die ongevoelig is voor de meeste antibiotica). 

Gelukkig is de situatie al sterk verbeterd: voorheen overleed zo’n 25 - 40% van de patiënten op de Intensive Care aan een sepsis, tegenwoordig is dit 1 op de 5 (20%). Ondanks deze verbetering behoort sepsis nog steeds tot één van de meest levensgevaarlijke ziektebeelden.

Privacy policy

OK